Het is belangrijk dat de luchtvaart in Nederland veilig, duurzaam, en verbonden is met de belangrijkste steden en landen in de wereld. En dat er een goede balans is met een prettige en gezonde leefomgeving. Daar zijn veel partijen bij betrokken. Samenwerking tussen die partijen is de basis voor een goed functionerende luchtvaart.
De Rijksoverheid bepaalt wie waar over gaat. Met duidelijke processen voor beleid, uitvoering, toezicht en besluitvorming. Alle betrokken partijen krijgen regels en de ruimte om te werken vanuit hun eigen rol en verantwoordelijkheid.
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is eindverantwoordelijk voor de luchtvaart en beslist over onderwerpen die voor heel Nederland belangrijk zijn. Bijvoorbeeld hoeveel luchtvaart er nodig is. En welke milieu- en duurzaamheidsgrenzen er nodig zijn voor de bescherming van mens en natuur. Zoals de grens voor het uitstoten van het broeikasgas CO2.
Daarbij staan vier publieke belangen centraal:
veiligheid, in de lucht en op de grond
Nederland goed verbonden
aantrekkelijke en gezonde leefomgeving, zoals minder geluidsoverlast
duurzaamheid, bijvoorbeeld door minder CO2-uitstoot
Daarnaast zijn er veel andere partijen die een eigen rol en verantwoordelijkheid of een bepaald belang hebben. De luchthavens, de luchtverkeersleiding en de luchtvaartmaatschappijen zorgen voor de infrastructuur, de vliegtuigen en een veilige en goede afhandeling van het luchtverkeer.
Zij zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van het beleid dat de Rijksoverheid maakt.
Partijen met een belang
Ook zijn er partijen met een belang, zoals:
bewonersorganisaties
luchtvaartmaatschappijen
natuur- en milieuorganisaties
Hun mening weegt de Rijksoverheid zorgvuldig mee bij beslissingen.
Toezicht en handhaven door Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) houdt toezicht op de luchtvaart en handhaaft bij het overtreden van de regels. Daarnaast bewaakt de inspectie de kwaliteit van luchtvaartopleidingen. ILT handelt ook vergunningen af. Zoals een bewijs van bevoegdheid, brevet, certificaat en ontheffing.
Vanaf 2023 gaat de Nationale Klankbordgroep Luchtvaart (NKL) van start. De klankbordgroep bespreekt op informele wijze het algemene beleid rond luchtvaart en denkt mee over toekomstige ontwikkelingen.
Expertgroep luchtvaartveiligheid
Veel regels voor de veiligheid van de luchtvaart worden internationaal bepaald. Zoals in de internationale burgerluchtvaartorganisatie van de Verenigde Naties (ICAO) en het Europese agentschap voor de luchtvaartveiligheid (EASA). Om de regels goed toe te passen, spreekt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat met experts uit binnen- en buitenland. Dit gebeurt in de expertgroep luchtvaartveiligheid die regelmatig bijeenkomt.
Bestuurlijke betrokkenheid
De provincies adviseren de Rijksoverheid over ontwikkelingen in de luchtvaart. Bijvoorbeeld over de effecten van de luchtvaart op de leefomgeving. Ook hebben provincies hun eigen verantwoordelijkheid, voor bijvoorbeeld ruimtelijke ordening, natuur en regionale economische ontwikkeling.
Gemeenten hebben het bevoegd gezag voor een luchthaven op hun grondgebied. Zij zijn verantwoordelijk voor vergunningen die nodig zijn voor het gebruiken van de luchthaven. Ook zijn zij verantwoordelijk voor veiligheid (veiligheidsregio) en openbare orde op de luchthaven.
Het gemeentebestuur wordt vaak als eerste door burgers benaderd met vragen over luchtvaart. Het is belangrijk dat gemeenten samen met de provincies op de hoogte zijn van ontwikkelingen in de luchtvaart die hen kunnen raken. Het ministerie zet daarom in op een goede informatievoorziening en op toegankelijkheid om snel te kunnen handelen als dat wenselijk is.
De Bestuurlijke Regie Schiphol, BRS, is het samenwerkingsverband van gemeenten en provincies in de Schipholregio. Het doel van de BRS is om de belangen van de regionale overheden te behartigen als het gaat om de ontwikkeling van de luchtvaart en luchthaven in relatie tot de omgeving.
Gemeenten en provincies werken aan uiteenlopende maatschappelijke opgaven in de Schipholregio. Denk daarbij aan wonen, bereikbaarheid, energietransitie en natuur. Luchtvaart speelt hierbinnen een nadrukkelijke rol.
Rijk en regio werken samen in het Programma NOVEX Schipholregio. In dit programma zijn afspraken gemaakt om samen invulling te geven aan maatregelen om de kwaliteit van de leefomgeving in de Schipholregio te verbeteren.
In regionale overleggen komen maatregelen aan bod die belangrijk zijn voor de lokale leefomgeving rond luchthavens. Zoals maatregelen tegen geluidsoverlast en (ultra)fijnstof. Bestuurders van gemeenten en provincies, luchthavens, gebruikers van de luchthavens en omwonenden in de omgeving zijn hierbij betrokken. Het regionale overleg over Schiphol is georganiseerd in de Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS). De Commissies Regionaal Overleg (CRO’s) zijn het overlegorgaan voor de andere luchthavens.
Luchtvaart heeft gevolgen voor de leefomgeving van mensen die rond Schiphol wonen. Het ministerie vindt het belangrijk om met omwonenden in gesprek te blijven en zo te bepalen hoe zij haar beleid goed kan vormgeven. Dit gebeurt onder andere via de Maatschappelijke Raad Schiphol (MRS).
De MRS richt zich op het verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving in de regio rondom Schiphol. Bewoners, maatschappelijke organisaties en experts op het gebied van bijvoorbeeld gezondheid en geluid bespreken hier belangrijke vragen, problemen en belangen rond de ontwikkeling van Schiphol.
Het Rijk investeert in het verder professionaliseren van de CRO’s. De CRO’s krijgen als taak jaarlijks een brede bijeenkomst te organiseren met gemeenten die ook effecten ondervinden van de luchthavens. Het Rijk overlegt met CRO-voorzitters of de CRO’s extra taken krijgen. Bijvoorbeeld voor het beoordelen van maatregelen die de hinder van een luchthaven kunnen beperken.