Voorkomen van vogelaanvaringen

Vliegveiligheid staat op de eerste plaats. Het Ministerie van IenW streeft naar een continue verbetering van de veiligheid van de Nederlandse luchtvaart door proactief te handelen. Zo worden op en rond de luchthavens diverse maatregelen genomen om het aantal vogelaanvaringen te reduceren.

Voorkomen van vogelaanvaringen

Met name grote vogels, zoals ganzen, kunnen  een groot risico vormen, vooral als ze in een vliegtuigmotor terecht komen. Het risico met betrekking op vogelaanvaringen is met name aanwezig bij het opstijgen en landen van de vliegtuigen.

Voor de Nederlandse luchthavens is een Handboek Vogelaanvaring Preventie opgesteld

Convenant Schiphol

Om het risico op vogelaanvaringen op en rondom Schiphol te verminderen, heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een convenant afgesloten met alle betrokken partijen. In het convenant is een viersporenaanpak afgesproken om het risico op vogelaanvaringen rond Schiphol te verminderen:

  1. Het technisch spoor: de inzet van technische middelen om vogels te detecteren en te verjagen;
  2. Het ruimtelijk spoor: het stimuleren van grondgebruik rondom de luchthaven dat het aantrekken van risicovolle vogels vermindert;
  3. Het foerageerspoor: het beperken van het voedselaanbod voor vogels op en rondom de luchthaven;
  4. Het populatiespoor: het beperken van het aantal risicovolle vogels op en rondom Schiphol, met name ganzen.

Ganzenbeheerplan

Als het gaat om vogelaanvaringen behoren ganzen tot de meest risicovolle vogels rondom Schiphol.

Om het risico op botsingen met ganzen op en rondom Schiphol zo klein mogelijk te houden, is er een Ganzenbeheerplan Schiphol (pdf) opgesteld door de Faunabeheereenheid van de provincie Noord-Holland. Op het terrein van de luchthaven is de luchthaven Schiphol zélf verantwoordelijk voor faunabeheer en het voorkomen van vogelaanvaringen.