Monitoren en evalueren Lelystad Airport
Wat zijn de effecten van Lelystad Airport in de praktijk als de luchthaven straks open is voor commercieel vliegverkeer? Hiervoor ontwikkelt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) een monitoring- en evaluatieprogramma.
Doel monitoring- en evaluatieprogramma Lelystad Airport
Het programma heeft als doelen:
- De omgeving van Lelystad Airport informeren over het gebruik en de effecten van de luchthaven. Ook kan de informatie nuttig zijn bij het behandelen van klachten.
- Vergelijken theorie en praktijk. Hoe verhouden de aannames over de ontwikkeling van de luchthaven, routes en vlieghoogtes in de milieueffectrapportage (MER) zich tot de praktijk?
De uitkomsten van het programma worden ook gebruikt voor de evaluatie van Lelystad Airport bij 7.000 en 25.000 vluchten.
Effecten op de leefomgeving
Het programma meet onder meer:
- vliegtuiggeluid;
- geluidshinder die inwoners ervaren, nabij de luchthaven en onder de aansluitroutes;
- uitstoot van ultrafijnstof.
Het vliegtuiggeluid wordt dichtbij de luchthaven in Flevoland gemeten en onder de zogeheten tijdelijke aansluitroutes in Noord-Holland, Friesland, Drenthe, Gelderland en Overijssel. Bekijk de animaties en factsheets over de routes van Lelystad Airport.
De metingen worden uitgevoerd met vaste en mobiele meetposten. Het RIVM bepaalt daarbij of dit invloed heeft op gezondheid. Ook wordt het gebruik van de routes in beeld gebracht.
Effecten economie
Het programma monitort wat de effecten van Lelystad Airport zijn voor de economie en werkgelegenheid. Ook bevat het programma onderzoek naar de effecten op de toerisme- en recreatiesector.
Het RIVM rapporteert jaarlijks over de uitkomsten van het programma. Het ministerie evalueert het gebruik van de luchthaven bij 7.000 en 25.000 vluchten.
Burgerforums voor opzet programma
Over de vorm en inhoud van het monitoring- en evaluatieprogramma hebben burgers meegedacht in burgerforums. De uitkomsten zijn per provincie besproken met vertegenwoordigers van overheden en belangenorganisaties.