Vragen en antwoorden Luchtruimherziening
Achtergrond herziening luchtruim
Alle veranderingen in het vliegverkeer van de afgelopen dertig jaar maken modernisering van het luchtruim noodzakelijk. De Koninklijke Luchtmacht heeft behoefte aan een groter oefengebied voor de nieuwe F-35’s. Daarnaast willen we vliegroutes korter en daarmee duurzamer maken. Kortere ‘aanvliegroutes’ betekenen: minder omvliegen en dus minder uitstoot van schadelijke stoffen, zoals CO2 en stikstof. Door vliegtuigen meer geleidelijk te laten opstijgen en dalen kunnen we bovendien het geluid op de grond verminderen doordat een piloot minder gas hoeft te geven.
In 2017 nam de Tweede Kamer een motie aan waarin het kabinet werd opgeroepen om zo snel mogelijk een luchtruim¬herindeling uit te voeren. Het regeerakkoord Vertrouwen in de Toekomst bevat “het voornemen om de indeling van het Nederlandse luchtruim per 2023 of zoveel eerder als mogelijk te herzien”. Eind 2017 stuurde het kabinet daarvoor een Plan van Aanpak naar de Tweede Kamer.
Op basis daarvan startte in 2018 het programma Luchtruimherziening onder verantwoordelijkheid van de minister van Infrastructuur en Waterstaat en de staatssecretaris van Defensie (het bevoegde gezag). Het programma wordt uitgevoerd door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het Ministerie van Defensie, Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL), Maastricht Upper Area Control Centre (MUAC) en de Koninklijke Luchtmacht.
De Rijksoverheid en de luchtverkeersleiding maken samen een nieuwe indeling van het luchtruim waarin zij vastleggen wie wanneer en waar vliegt. Wat houden de aanpassingen in?
- Het militaire oefengebied in het noorden van het Nederlandse luchtruim wordt uitgebreid. Door deze uitbreiding verdwijnt het huidige militaire oefengebied voor dagelijks gebruik boven het zuiden van het Nederlandse luchtruim.
- Door het opheffen van het huidige militaire oefengebied voor dagelijks gebruik in het zuiden, worden kortere routes naar onze luchthavens mogelijk. Nu komen vliegtuigen uit het noordoosten en zuidoosten nog boven het oosten van Flevoland bij elkaar. Dat gaat veranderen. Vliegtuigen uit het zuidoosten kunnen straks in een rechtere lijn naar Schiphol vliegen. Dat heeft een aantal voordelen: het is sneller, bespaart brandstof en vermindert de CO2-uitstoot.
- Bovendien maakt deze nieuwe indeling van het luchtruim het mogelijk dat vliegtuigen vaker en langer vaste routes kunnen volgen bij het opstijgen en landen, en vaker continu kunnen klimmen en dalen. Daardoor kunnen vliegtuigen de luchthavens hoger aanvliegen. Ook zijn ze eerder op grotere hoogte wanneer ze vertrekken. Dat vermindert de geluidsoverlast op de grond.
- Bij het dalen kunnen vliegtuigen straks ongehinderd dalen in plaats van ‘stapsgewijs’. Dat scheelt in geluid en uitstoot van schadelijke stoffen boven woon- en natuurgebieden rond luchthavens.
Door de herziening van het luchtruim kunnen piloten gebruik maken van vaste naderingsroutes waarover zij meer geleidelijk kunnen dalen. Dit wordt een continuous descent operation (CDO) genoemd. Dat zorgt ervoor dat piloten dicht bij de luchthaven hoger kunnen vliegen en ongehinderd kunnen dalen, waarbij ze minder motorvermogen gebruiken. Motoren die minder hard draaien, produceren minder geluid en minder CO2-uitstoot.
De Luchtruimherziening kijkt naar het landend én stijgend vliegverkeer. We spreken vaker over landend vliegverkeer, omdat de herindeling van het luchtruim zorgt voor het meer geleidelijk kunnen dalen (CDO). Daardoor gebruiken piloten minder motorvermogen bij de landing. Deze manier van landen zorgt voor minder geluid en uitstoot. In de routes en procedures voor het opstijgende vliegverkeer worden minder wijzigingen verwacht.
Om hoger (minder geluid voor omwonenden) en kortere routes (minder uitstoot van schadelijke stoffen) te kunnen vliegen is een vierde naderingspunt (Initial Approach Fix) voor Schiphol nodig. In Europa is afgesproken dat we gezamenlijk naar een verbeterd luchtruim gaan, waarbij we zo min mogelijk omvliegen. De herindeling van het luchtruim bereikt dat door een vierde naderingspunt in het luchtruim op te nemen. Dit is mogelijk doordat het militaire oefengebied voor dagelijks gebruik in het zuidoosten van Nederland verdwijnt. Hierdoor zal het vliegverkeer vanuit het zuidoosten een kortere route naar Schiphol kunnen vliegen. Dit leidt tot minder omvliegen en minder vertragingen, oftewel minder uitstoot van schadelijke stoffen per vliegtuigbeweging.
Groei van luchthaven Schiphol is niet het doel van de herindeling van het luchtruim. Het herzien van het luchtruim gaat over hoe, waar en wanneer er wordt gevlogen, niet over hoeveel vliegtuigen er vliegen. Het is een politiek besluit om Schiphol te laten groeien of krimpen.
Nederland heeft een groter aaneengesloten militair oefengebied nodig om beter te kunnen oefenen met onder andere de F35-jachtvliegtuigen. Dit zorgt voor een goed getrainde luchtmacht die nodig is voor de verdediging van Nederland.
Er wordt regelmatig geoefend in internationaal verband, maar het is niet mogelijk om alle trainingen in het buitenland te doen. Soms moeten piloten bijvoorbeeld samen oefenen met militairen op de grond. Bovendien moeten piloten vertrouwd zijn met het vliegen boven het nationale grondgebied voor het geval dat inzet binnen de Nederlandse grenzen nodig is. In de herziening van het luchtruim wordt gekeken naar samenwerking met Duitsland in een gezamenlijk militair oefengebied in het noorden van Nederland en Duitsland.
Bij de herindeling van het luchtruim wordt rekening gehouden met Lelystad Airport. Dat betekent dat binnen het nieuwe luchtruim ook routes van en naar Lelystad Airport worden ontworpen. Het kabinet zal een besluit nemen over de toekomst van Lelystad Airport.
Het is aan het kabinet om een eerste indeling van het nieuwe luchtruim bekend te maken: het schetsontwerp. Daarbij wordt ook in beeld gebracht welke effecten er verwacht worden. Onder andere op de bewoners en de natuur. Het monitoren (in de gaten blijven houden) van effecten nadat het luchtruim is herzien, moet nog uitgewerkt worden.
In oktober 2023 heeft de minister van Infrastructuur en Waterstaat de Tweede Kamer met deze brief geïnformeerd over de volgende stappen in het programma Luchtruimherziening. De herindeling van het luchtruim wordt op dit moment voorbereid. Het is aan het kabinet om de inhoudelijke voorstellen en bijbehorende effectanalyses openbaar te maken.
Uiteindelijk nemen de minister van Infrastructuur en Waterstaat en de staatssecretaris van Defensie een besluit over de herindeling van het luchtruim nadat het is besproken in de Tweede Kamer. Als de plannen doorgaan, moet de luchtruimherziening nog verder worden uitgewerkt. Dat zal een aantal jaren duren.
Participatie en contact
Het kabinet moet eerst een besluit nemen over de herindeling van het luchtruim. Daarna hoort u wanneer en hoe u kunt participeren in de luchtruimherziening. Houd daarvoor de pagina Samenwerken op deze website in de gaten.
Het programma Luchtruimherziening wordt uitgevoerd door de volgende organisaties:
- Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW)
- Ministerie van Defensie
- Koninklijke Luchtmacht
- Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL)
- Maastricht Upper Area Control Centre (MUAC)
Het bevoegd gezag en daarmee de regiefunctie voor de luchtruimherziening ligt bij de minister van IenW en de staatssecretaris van Defensie.
Vragen over de inhoud van het project of de documenten? Stuur een bericht naar luchtvaart-brieven@minienw.nl. Of vul het contactformulier in.